oefeningen: volume- en inhoudsmaten wiskunde-interactief.be
1 zet om naar de gevraagde volumemaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
2 zet om naar de gevraagde volumemaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
3 zet om naar de gevraagde volumemaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
4 zet om naar de gevraagde volumemaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
5 zet de inhoudsmaten in de juiste volgorde van groot naar klein Sleep de eenheden naar de juiste plaats op de bovenste rij, zo dat ze van groot naar klein staan. Als ze juist staan, krijg je het bericht 'JUIST'.
6 zet om naar de gevraagde inhoudsmaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
7 zet om naar de gevraagde inhoudsmaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
8 zet om naar de gevraagde inhoudsmaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
9 zet om naar de gevraagde inhoudsmaat (gebruik voor decimale getallen een punt i.p.v. een komma)
volumematen zet om met hulp naar kleinere maat naar grotere maat zonder hulp naar kleinere maat naar grotere maat
inhoudsmaten plaats op volgorde zet om met hulp naar kleinere maat naar grotere maat zonder hulp naar kleinere maat naar grotere maat
oef lengtematen oef oppervlaktematen