intrestberekening wiskunde-interactief.be

 

gelijkwaardige rentevoeten
Je belegt 100 euro n jaar tegen een maandelijkse rentevoet van 0,5% : K = 100. 1,00512 = 106,17 euro.
Als je 100 euro een jaar lang belegt tegen een jaarlijkse rentevoet van 6,17% verkrijg je dezelfde eindwaarde.
We zeggen daarom dat beide rentevoeten gelijkwaardig zijn.
Voor een vergelijking tussen rentevoeten op verschillende termijnen:
Excel-werkblad - maandelijkse rentevoet

Om duidelijk te maken over welk een rentevoet het gaat noteren we:
i12 :  rentevoet per 1/12-de deel van een jaar   = maandelijkse rentevoet
i4 : rentevoet per 1/4-de deel van een jaar   = trimestriele rentevoet
i2 : rentevoet per 1/2-de deel van een jaar   = semestriele rentevoet
ip : rentevoet per 1/p-de deel van een jaar  
  De jaarlijkse rentevoet  i, gelijkwaardig met een rentevoet ip vinden we als      

u = (up)p    
of uitgedrukt in i:   

i = (1 + ip) p - 1

  deze jaarlijkse rentevoet  i noemen we de reele rentevoet



  De rentevoet  ip, gelijkwaardig met een reele rentevoet vinden we als:   

ip = (1 + i)1/p - 1
 



Let hierbij op afrondingen: verder rekenen met afgeronde waarden levert afrondingsfouten op!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

reele en schijnbare rentevoeten

Een rentevoet ip , die niet uitgedrukt wordt in periodes van een jaar, kunnen we herleiden naar een jaar :

  De reele rentevoet  i is de rentevoet die gelijkwaardig is met een rentevoet ip :   

i = (1 + ip) p - 1

  De schijnbare (nominale) rentevoet is een benadering van de reele rentevoet:

inom = ip . p

 De nominale rentevoet is een benadering omdat hij geen rekening houdt met SI.   
 Hij zal dan ook lager zijn dan de reele rentevoet.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 


 

 

naar startpagina
sitemap
annuiteiten
leningen
kasbons

EI en SI 
enkelvoudige intrest
 samengestelde intrest

oef financiele algebra