oppervlakte onder een grafiek wiskunde-interactief.be
hoofdstelling van de
integraalrekening
Moeten we steeds honderden, duizenden rechthoekjes uitrekenen om
oppervlakten te berekenen?
We onderzoeken het in onderstaand applet.
We berekenen de oppervlakte tussen de x-as en de grafiek van f(x) = x2
over het interval [1, 2].
kleine rechthoek < toename
< grote rechthoek
opp(abcd)
< A(x+h) - A(x) <
opp(abef)
= f(x) . h
= f(x+h) . h
= x2 . h
= (x+h)2 . h
x2
. h
< A(x+h) - A(x) <
(x+h)2 . h
x2 | < | A(x+h) - A(x) | < | (x+h)2 |
h |
We laten nu h onbepaald naderen naar 0 en vinden:
lim | A(x + h) - A(x) | = x2 |
h→ 0 | h |
Het linkerlid kunnen we schrijven als A'(x)
Het rechterlid is gelijk aan het functievoorschrift van de functie f en
kunnen we dus schrijven als
f(x).
De oorspronkelijke ongelijkheid wordt nu de gelijkheid:
A'(x) = f(x) |
Om A(x) te berekenen moeten we dus de functie zoeken die als afgeleide f(x)
heeft.
Zulk een functie noemen we primitieve functie.
Hierover vind je meer op de pagina
'primitieve
functies'
opp.onder grafiek |
opgeloste
oefeningen |